Sinds Hans Kerkers zijn volle gewicht er achter zette, is het boottype dubbel acht bij Rijnland een succesnummer. Maar liefst 6 complete ploegen, merendeels bemand met roeiers die pas op late leeftijd met roeien zijn begonnen, gaan één a twee keer per week uit voor een stevige training. Ze hebben de ambitie om serieuze oefeningen te draaien op weg naar een eerste of een betere wedstrijd. Dat is opmerkelijk omdat het boottype dubbel acht 10 jaar geleden in Nederland nog nauwelijks voorkwam. Hoewel het een z.g. gladde boot is, dus gebouwd voor snelheid, werden er geen wedstrijden voor uitgeschreven en wedstrijdroeiers hadden er ook geen belangstelling voor. Ook bij Rijnland was dat in het verleden zo omdat haar wedstrijdroeiers doorgaans afkomstig waren van studenten roeiverenigingen die traditiegetrouw vooral op boordroeien zijn gericht. De veteranen wedstrijdroeiers bij Rijnland namen tot nu toe de dubbel acht ook niet serieus. Dat zou zo maar anders kunnen worden. Waarom?

Roeiverenigingen als Rijnland krijgen, meer dan vroeger te maken met een instroom van leden ouder dan 40 die nog niet eerder hebben geroeid. Waar die instroom vroeger na de eerste instructiefase in een wherry of C boot doorgaans tevreden was met rustig roeien op de plas of naar de sluis, zien we nu dat velen, wellicht geïnspireerd door de wedstijdroeiers, intensiever willen trainen. Een behoefte waarin door het roeitechnische- en conditionele gat tussen basisinstructie en wedstrijdtraining niet zomaar kan worden voorzien. Alleen de talentvollen onder hen die instaat waren dat gat snel te dichten, stroomden door naar wedstrijdploegen. 

Met de komst van de dubbel acht kwam er een nieuwe mogelijkheid om de groep te bedienen die veel weg heeft van de aanpak bij studentenverenigingen. Daar worden zoveel mogelijk eerstejaars roeiers met wedstrijdambitie na de basisinstructie ingedeeld in achten die in beginsel een heel wedstrijdseizoen bij elkaar blijven. Traditiegetrouw zijn dat wel boord-achten. Deze aanpak heeft een aantal voordelen. Trainen in een acht biedt onervaren roeiers al gauw een sterke roeibeleving en zijn zonder hoge technische vaardigheid stevige trainingen mogelijk. Een tweede voordeel is dat naar verhouding minder coaches en stuurtjes nodig zijn. Wellicht het belangrijkste voordeel is, dat de acht een sociale context biedt die zorgt voor een stevige inbedding in de vereniging als voertuig naar een lang lidmaatschap. Nog een extra voordeel is dat in de dubbel acht probleemloos mixed geroeid kan worden. Goed voor de gezelligheid en inzet.

Bij Rijnland hadden we veelvuldig te maken met nieuwe leden die na de basisindustrie niet goed wisten hoe het verder moest. We hadden zij-instromers ook niet veel te bieden waarmee ze zelfstandig verder konden. Hans Kerkers begreep dat en dook in het gat. Hij begon uit die groep leden structureel ploegen te vormen voor het roeien in een dubbel acht. Dat werd zo’n succes, dat al na een jaar of 3 behoefte was aan een tweede dubbel acht. Daarin kon zonder de gebruikelijke investering van 40-50K euro voor een nieuw schip worden voorzien door na de Nieuwland nu de Rijnland te voorzien van scullriggers en sculls. Dat was in 2019. Nu eind 2021 is er een aantoonbare behoefte aan een derde dubbel acht. Er is een wachtlijst van roeiers die ook een plek in een dubbel acht ploeg ambiëren. 

Donderdag jl. hebben op de Algemene ledenvergadering bij de behandeling van het vlootplan 2022 de leden besloten voor de Lapland 8 paar skullriggers en 8 paar skulls aan te schaffen, zodat Rijnland een derde skullacht zal krijgen. Een mooi besluit. Het zal meer nieuwe leden aan de vereniging binden en zo indirect bijdragen aan opvulling van vacatures in commissies. Aan één voorwaarde zal nog moeten worden voldaan: er moeten nog enkele ervaren roeiers komen die nieuwe ploegen in dubbelachten willen begeleiden. 

Winfred Haase